In tegenstelling tot het enorme aantal draagbare fitness- en wellnesstools dat al op de markt is om bijvoorbeeld hartslag en lichaamsbeweging op te volgen, verloopt de introductie van draagbare apparaten als medische apparatuur erg langzaam. Dat stelt de interdisciplinaire denktank Metaforum van de KU Leuven in een visietekst.
Medische wearables hebben het potentieel om de gezondheidszorg, zowel de fysieke, de geestelijke, de preventieve als de curatieve, te verbeteren. De eerste medische toepassingen richten zich op hartritmestoornissen en glucosemetingen van diabetespatiënten. "We zien verschillende oorzaken voor de relatief langzame ontwikkeling, met name de nood aan meer wetenschappelijke gegevens, een complex regelgevingskader en de aanvaarding door gebruikers", aldu s de onderzoekers.
Er zijn vooreerst onvoldoende overtuigende wetenschappelijke gegevens over de impact van wearables op gezondheidsresultaten die getest zijn in het echte leven. Volgens de onderzoekers moet de rekenkracht van de wearables beter zodat ze meer rekening houden met omgevingsfactoren, emoties en gedrag. Om ze in een voorspellend model te kunnen gieten, moeten dokterspraktijk en ziekenhuizen meer samenwerken om over grotere databanken te beschikken.
In tegenstelling tot het regelgevingskader van de EU dat tamelijk mild is ten aanzien van fitness- en wellnessapplicaties, is dat streng voor medische apparatuur. Het is echter moeilijk de lijn te trekken tussen beiden. De onderzoekers waarschuwen er dan ook voor dat medische hulpmiddelen die gepresenteerd worden als welnesstools om ze zo makkelijker op de markt te brengen, een bedreiging vormen voor veiligheid van de patiënt.
Gebruikers tot slot zullen dergelijke wearables pas aanvaarden als er zekerheid is op het vlak van privacy. Wetenschappers, zorgkundigen en overheden moeten dan ook dringend privacy, eigenaarschap en aansprakelijkheid reguleren en controleren. Gegevens van lifestylegadgets worden nu al, zonder dat de betrokkenen het weten, doorverkocht. "En wat als verzekeraars die gaan gebruiken om je premie te bepalen?", vragen de onderzoekers zich af.