Het risico op niersteenvorming zou geassocieerd zijn met bepaalde antibioticabehandelingen volgens een casecontroleonderzoek uitgevoerd bij 25.981 patiënten met nierstenen en 259.797 controlepatiënten:
Het relatieve risico bedraagt 2,33 voor de sulfamiden, 1,88 voor de cefalosporines, 1,67 voor de fluoroquinolonen, 1,70 voor nitrofurantoïne/methenamine en 1,27 voor de breedspectrumpenicillines. Deze gegevens werden bevestigd in verschillende min of meer complete aanpassingsmodellen. Bovendien hebben onderzoeksanalyses aangetoond dat het verband groter was wanneer de betreffende patiënten jong waren en er slechts een beperkte tijd verlopen was na de antibioticabehandeling. Het risico bleef significant tot 5 jaar na de behandeling.
