Het klinisch lab van het Jan Yperman Ziekenhuis zal preventief screenen op covid-19 in instellingen zoals woonzorgcentra om er ‘asymptomatische’ dragers van het virus te kunnen detecteren. Zo kan er snel gepast ingegrepen worden om verdere verspreiding tegen te gaan. Het lab werkt daarvoor met speekselstalen die samen in één analyse bepaald worden.
Het project is een initiatief van de Huisartsen Westhoek en het Jan Yperman Ziekenhuis. Bedoeling ervan is om uitbraken te voorkomen in instellingen met kwetsbare bewoners.
“Als huisartsen van de Westhoek zijn we vastbesloten om het coronavirus kordaat te bestrijden”, zegt dr. Pol Sansen, voorzitter van de Huisartsen Westhoek. “Ouderen in de laatste fase van hun leven in eenzame opsluiting plaatsen is haast een misdaad. Het sluiten van scholen heeft dan weer een nefaste invloed op het welzijn van de jeugd. Deze toestanden wensen wij niet meer mee te maken en dus hebben we samen met het Jan Yperman Ziekenhuis gezocht naar een laagdrempelige manier om instellingen veilig open te houden.”
Snel en met minder testmateriaal
Klinisch bioloog Stijn Jonckheere van het klinisch lab van Jan Yperman legt uit hoe de vernieuwende screeningsmethode in z’n werk gaat. “Per instelling gaan we regelmatig een deel van de bewoners en/of medewerkers testen op covid-19. Dat gebeurt via een PCR-test, maar niet op basis van een neus/keelwisser, maar via een speekselstaal. De stalen worden vervolgens samen onderzocht met een maximum van 20 stalen per analyse. Blijkt deze analyse positief te zijn, dan worden de individuele stalen apart getest."
"Zo kan met veel minder testmateriaal – er heerst nog steeds wereldwijd schaarste – en binnen een heel beperkte tijd een aanzienlijke groep mensen worden getest. De test is ook patiëntvriendelijk, omdat het om een niet-invasieve manier van afnemen gaat. Per instelling wordt een arts aangesteld aan wie de resultaten worden gerapporteerd en die verantwoordelijk is voor de verdere opvolging van eventuele positieve personen.”
WZC Benaja test medewerkers
Woonzorgcentrum Benaja uit Oostvleteren werkte mee aan een test om de methode te valideren: er werden tien speekselstalen genomen bij medewerkers, allen bleken negatief. "We gaan nu regelmatig onze medewerkers op die manier testen, want het zijn zij die het meeste contact hebben met de 'buitenwereld'", legt directeur Marinus Jacob uit. "Via de speekselstalen kunnen we op een eenvoudige manier proactief en snel dragers opsporen, want het virus is nog niet weg."
Naast het testen van medewerkers en/of bewoners van onder meer woonzorgcentra en andere residentiële collectiviteiten is ook een systematisch testprogramma van speekselstalen in scholen een mogelijkheid, wat ertoe kan bijdragen dat de scholen in de regio op een veilige manier open kunnen blijven.
Aanvulling op tests via neus/keelwisser
Voor lage virale ladingen is een speekselstaal minder gevoelig dan een neus/keelwisser. Stijn Jonckheere: “Bij middelmatige of hoge virale ladingen zijn de testresultaten wel bevredigend, en die ladingen houden waarschijnlijk ook verband met de vroege actieve fase van de infectie, waarin het risico op verspreiding het grootst is.”
Belangrijk om op te merken is dat dit een aanvullende maatregel is om een verspreiding van het virus snel op te merken en in te dijken. Doordat in de instellingen bepaalde groepen worden getest, hoopt men sneller dan vandaag personen op te sporen die wel drager zijn van het virus maar die (nog) geen symptomen vertonen, zogenaamde asymptomatische dragers. Men vermoedt dat deze mensen zonder het te weten veel anderen besmetten.
Het nut van speekseltests wordt ondersteund door recente medische literatuur, die aantoont dat deze procedure toegepast kan worden voor het opsporen van verspreiders, bij wie een hoge virale lading kan worden verwacht.
Het is met andere woorden geen vervanging voor de geldende hygiënemaatregelen en de PCR-tests via neus/keelwisser bij mensen die symptomen vertonen. Individuele diagnostiek bij symptomatische patiënten en hoogrisicocontacten zal blijven gebeuren via neus/keelwissers.
Op de foto: Huisarts dr. Pol Sansen en klinisch biologen Patricia Vandecandelaere en Stijn Jonckheere. (Foto Jan Yperman Ziekenhuis)