Alain Chaspierre, APB-voorzitter, gaat in op het substitutierecht dat de apothekers vragen via een wetsvoorstel. Dat werd dinsdag aangenomen en richt zich tegen de gevolgen onbeschikbare geneesmiddelen. We hebben het niet over "anarchistisch recht zonder verantwoordelijkheid op te nemen", zegt hij, "maar over het juridische kader van een praktijk die de facto al bestaat wegens de omvang van het probleem."
Onze gesprekspartner ergert zich wat aan de persmededeling van de Bvas die zich verzet tegen de maatregel. Niet iedereen deelt dezelfde ideeën, zegt hij, maar het is misschien wel volwassener om dit niet uit te vechten via de media. Hij herhaalt daarom zijn uitnodiging om hierover te vergaderen, vooral omdat het hem - volgens wat hij opving bij onder meer Domus Medica... - eerder een "zeer geïsoleerde reactie" lijkt.
Intussen deze verduidelijkingen: "Het voorstel dat dinsdag in de commissie is goedgekeurd, wil de schade beperken, veroorzaakt door een fenomeen dat het kleine België overstijgt. Sinds bijna 2 jaar mobiliseren vele belanghebbenden (industrie, verdelers, apothekers, het geneesmiddelenagentschap FAGG....) hun energie om een systeem op te bouwen waarbij de reactiviteit wordt verhoogd bij een tekort (de bedrijven zal worden gevraagd om hen binnen de drie in plaats van 14 dagen op de hoogte te brengen, apothekers zullen ook in staat zijn om tekorten dynamischer te melden....). "Zo kunnen we artsen sneller op de hoogte houden."
Voorwaarden en richtlijnen
De substitutie in kwestie is geen algemene substitutie", vervolgt Alain Chaspierre. "Substitutie in geval van een tekort vindt al plaats te velde, omdat het onmogelijk is om dit anders aan te pakken, wil men de patiënt geen schade berokkenen en de continuïteit van de behandeling waarborgen. Daarom hebben wij gepleit voor een wettelijk kader hiervoor."
Het voorstel bevatte daarom een amendement over het substitutierecht, dat van toepassing is op de specifieke context waarin het geneesmiddel niet beschikbaar is. En voorwaardelijk: "Het betreft slechts één molecule of een combinatie van moleculen, een gelijkwaardige dosering en toedieningsweg".
De richtlijnen zijn wetenschappelijk gefundeerd: "Het FAGG heeft een beslissingsboom ontwikkeld met alternatieven. Er zijn guidelines voor 'switch' en 'no switch'-moleculen. Als een geneesmiddel tot de eerste categorie behoort, kan het veilig worden vervangen zonder voorafgaand contact met de voorschrijver. Als het tot de tweede behoort, is een akkoord en medische opvolging verplicht. Via uiteraard contact met de dokter. En het lijkt ons normaal dat de apotheker, in het licht van zijn relatie met de patiënt, de substitutie en de redenen daarvoor uitlegt."
Wachten op een echt gedeeld schema
Voor Alain Chaspierre maakt deze aanpak het mogelijk "om de veiligheid van de patiënt te garanderen zonder de artsen voor kleinigheden te storen". Het idee om artsen systematisch in te schakelen is onrealistisch, zegt hij. "De apotheker besteedt al 5 tot 6 uur per week aan zoeken naar oplossingen voor de tekorten. Dokters zijn niet altijd bereikbaar. En professioneel hadden we soms de indruk dat het hen irriteerde om voor dit soort dingen gestoord te worden."
Desalniettemin streeft hij naar een gemeenschappelijk digitaal medicatieschema zoals voorgesteld in het e-health plan [en belichaamd door het "Vidis"-project, red.]. "Het zal de communicatie tussen de beroepsgroepen vergemakkelijken en de transparantie van de therapeutische intentie van de voorschrijver en het toegediende geneesmiddel garanderen, in het gemeenschappelijk belang van de patiënt. De uitdaging is om te voorkomen die laatste onbehandeld blijft."
Net vandaag raakte bekend dat het Federaal Agentschap voor Geneesmiddelen en Gezondheidsproducten (FAGG) een app klaar heeft die alle info over onbeschikbaarheid van geneesmiddelen publiek maakt en up-to-date houdt. Daarover leest u alles hier.
> Lees ook: Bvas categoriek tegen substitutierecht apothekers