Op een persconferentie dd. 4 oktober is de huisapotheker officieel boven de doopvont gehouden door minister De Block en de apothekersverenigingen. Een campagne, compleet met flyer, wordt gelanceerd om het publiek met dit nieuwe concept vertrouwd te maken.
De huisapotheker is één van de begrippen die naar voren kwamen uit het meerjarenplan dat de apothekers deze lente met de minister ondertekenden. Het pikt in op de begeleidende rol die de apotheker speelt bij het medicatiegebruik van chronische patiënten. De huisapotheker zorgt ervoor dat de patiënt de implicaties van de medicamenteuze behandeling kent en dat hij die correct gebruikt. Daarnaast is hij de beheerder van het gedigitaliseerde medicatieschema.
Sinds 1 oktober kunnen patiënten ook werkelijk hun huisapotheker kiezen. Ze ondertekenen daarvoor een overeenkomst. Per ingeschreven patiënt krijgt de apotheker een jaarlijks forfait van 31,80 €. De patiënt kan te allen tijde van huisapotheker veranderen, maar het forfait wordt maar één keer per jaar uitgekeerd. Zelfs als iemand een huisapotheker heeft, kan hij ook bij andere apothekers terecht.
Apotheker intuïtief
Oorspronkelijk had men deze optie opengesteld voor chronische patiënten tussen 45 en 70 jaar, met een GMD. De criteria zijn nu aangepast: een patiënt heeft toegang tot een overeenkomst met een huisapotheker als hem in de afgelopen 12 maanden minstens 5 terugbetaalde geneesmiddelen zijn afgeleverd, waarvan één chronisch. “In België zijn er 2,7 miljoen mensen met chronische polymedicatie”, zegt Fabienne Bryskère, ondervoorzitter van Ophaco. “We denken dat daarvan ongeveer 10% in aanmerking komt voor een overeenkomst met de huisapotheker, dus 200.000 à 300.000 personen. In de groep van 2,7 miljoen zitten bijvoorbeeld ook vrouwen die de pil nemen en het afgelopen jaar toevallig voor voorbijgaande ziekten een paar geneesmiddelen hebben gekregen. Dat is natuurlijk niet de doelgroep die we beogen.”
“Daarnaast zijn er patiënten die chronisch een geneesmiddel nemen waarvan het gebruik hen zorgvuldig en/of herhaaldelijk moet worden uitgelegd, maar die niet aan een totaal van 5 geneesmiddelen binnen het jaar komen. Uiteraard zal de apotheker ook hen nauwgezet begeleiden, hoewel het forfait in dat geval niet wordt uitgekeerd. We rekenen op onze apothekers om de patiënten te herkennen die nood hebben aan een intensievere begeleiding.”
Budget ontoereikend?
“In 2017 beschikken we voor het nieuwe initiatief over een budget van 2 miljoen euro”, aldus APB-voorzitter Lieven Zwaenepoel. “A rato van 31,80 euro per persoon hebben we dus genoeg voor bijna 63.000 overeenkomsten.” Het budget is afkomstig uit de afbouw van het VOS-honorarium. Apothekers kregen tot nog toe een honorarium voor het behandelen van een voorschrift op stofnaam (VOS), omdat dit enige aanpassing vergde in het beheer van de voorraad. Nu het systeem ingeburgerd is, kan vergoeding hiervoor geheroriënteerd worden. “Zien we nu dat er meer mensen ingeschreven worden voor de huisapotheker, dan zullen we het extra budget ergens anders moeten zoeken.”
Huisartsen steunen
De beroepsverenigingen van artsen steunen de demarche van de apothekers. “De huisapotheker zal nog meer dan nu zijn rol als begeleider in het medicatiebeleid kunnen opnemen”, zegt Roel Van Giel, voorzitter van Domus Medica. “Het is een evolutie waar wij als huisartsen al langer vragende partij voor zijn.”
GBO-voorzitter Paul De Munck benadrukt namens het Kartel de nood aan een structurele samenwerking tussen huisarts en apotheker, waarbij de respectieve competentiegebieden als complementair worden ervaren. Hij wijst in dat verband op het nut van een gesystematiseerd medisch-farmaceutisch overleg.
Lees het interview met de auteurs van een MFO-kwaliteitsverbeterend programma in onze volgende krant.